Voorleestips

Normale taal spraakontwikkeling bij kinderen
Tijdens de kinderboekenweken besteden wij aandacht aan adviezen aan ouders voor het stimuleren van de taalontwikkeling van het kind door middel van boeken. Door geregeld samen naar boekjes te kijken en daarbij voor te lezen of te vertellen komen kinderen in aanraking met nieuwe woorden, het vergroot de woordenschat én ook het taalbegrip. Dit is gunstig voor de schoolprestaties en het talige redeneren. Kinderen die van jongsaf aan veel voorgelezen worden, gaan zich op school vlotter richten op geschreven taal (lezen en schrijven). Hiermee hebben ze ook een voorsprong op het begrijpend lezen van geschreven taal en daarmee kans op betere schoolresultaten. Genoeg redenen om wat vaker een boekje bij de hand te nemen in bijvoorbeeld het avondritueel of tijdens rustmomenten. Onze voorleestips op een rijtje:
  • Lees liefst elke dag even 10 minuten voor. Als het niet elke dag lukt, is dat niet erg, maar probeer echt dagelijks een momentje met uw kind te nemen. Neem de tijd en leg uw telefoon ook echt weg.
  • Speel in op wat uw kind echt leuk vindt (bijvoorbeeld voertuigen, ruimtewezens, dieren,…). Vraag om advies bij de kinderboekhandel of bibliotheek.
  • Neem regelmatig hetzelfde boek, zodat uw kind het verhaal en de woorden gaat herkennen en imiteren. Vraag uw kind het verhaal even samen te vatten, wanneer je een boek weer oppakt.
  • Vaak is het beter en ook leuker om het verhaal boeiend te vertellen in uw eigen woorden, dan gewoon de tekst uit het boek op te lezen. Benoem de dingen die u ziet in het boek. Vertel ook wat ze betekenen, waar ze voor dienen, wat gebeurt op het plaatje,…
  • Vermijd moeilijke woorden niet, maar leg ze uit.
  • Geef uw kind de tijd om tussendoor te reageren op wat u vertelt. Of verzin samen een verhaal aan de hand van de plaatjes.
  • Spreek zelf langzaam, in korte zinnen en met veel intonatie.
  • Bij jonge kinderen: Maak veel geluiden zoals dierengeluiden, want die zijn makkelijker na te zeggen dan woorden.
  • Zing ook eens een liedje wat bij het thema past.
  • Lees zelf ook. Goed voorbeeld doet volgen.
  • Ga door met voorlezen, ook wanneer uw kind al zelf kan lezen. Blijf volhouden. Lees elkaar om de beurt een hoofdstuk voor. Er bestaan ook “samenlees”-boekjes op verschillende leesniveau’s. Vraag hiernaar bij de bibliotheek.
  • Houd het leuk! Dit is uw momentje met uw kind! Later vertellen ze aan hun eigen kinderen (uw kleinkinderen) trots dat hun oma’s/opa’s altijd voorlazen!